A Reason To Believe
Wat betekent het om iets te geloven?
Een reden om te geloven
Geloven is een centraal concept binnen de meeste religieuze tradities. Mensen die geloven worden gelovigen genoemd. Gelovig zijn is een betrekkelijk nieuwe categorie. Tot het begin van de verlichting en de opkomst van het atheïsme in de 18e eeuw was het vanzelfsprekend dat iedereen in God geloofde. Zoals een theoloog uit de 13e eeuw, Thomas van Aquino, stelde: zelfs de duivel gelooft in God!
In die tijd had geloven in God een epistemologische en spirituele status. Geloven in God verklaarde de meest fundamentele reden voor het bestaan. Tegelijkertijd was geloven in God een spiritueel concept. Geloven dat God bestaat houdt ook in dat men een specifieke opvatting heeft over de aard van God. God is algoed, alwetend, almachtig en alomtegenwoordig. Het zelfstandig naamwoord “geloof” en “geloven” zijn synoniemen, maar het werkwoord geloven verwijst naar de praktijk van het geloven. Geloven heeft bovendien een connotatie met trouw en loyaliteit. Geloven stamt af van het Midden-Engelse woord ‘bileven’ dat betekent: vertrouwen hebben in een persoon.
Geloven en Weten
Geloven gaat verder terug op het Proto-Germaans voor dierbaar, waardevol of bevredigend houden en liefhebben. Geloven staat meestal tegenover weten, terwijl geloven gebaseerd is op geloof en weten op feitelijke waarheden.
Er is een fundamenteel verschil in epistemologische status tussen geloven en weten. Wij zijn geneigd geloven op te vatten als een zwakke vorm van weten. Men is vrij om in God te geloven zonder verplicht te zijn dat geloof met rationele argumenten te staven. Wanneer je beweert te weten, kun je verantwoordelijk worden gehouden voor het geven van redelijke argumenten ter ondersteuning van die bewering. Een wetenschapper die gelooft dat zijn medicijn werkt zonder gegevens om dat te staven, schendt de wetenschappelijke methode van kennisverwerving.
Geloof in Kaas, Regen of God
Men kan geloven dat er kaas in de koelkast ligt of dat het zal regenen op basis van een bepaald niveau van verifieerbare kennis. Maar het geloof in God kan niet worden geactualiseerd of geverifieerd. Bij dit soort geloof kan worden bewezen dat men ongelijk heeft door de feitelijke waarheid boven water te halen. Het heeft wel of niet geregend, en er zit wel of geen kaas in de koelkast. Geloven in God daarentegen is uitsluitend gebaseerd op geloof.
Je kunt tot geloof komen of je geloof verliezen. Kennis kan worden verworven, uitgebreid en herzien. Je kunt meer of beter weten. Maar het is absurd om te zeggen dat je je geloof hebt verbeterd. Wie gelooft heeft zwakke aanwijzingen, aanwijzingen zonder enig direct verband met een subjectief verifieerbare waarheid. Maar is leven zonder geloven mogelijk? Kunnen we pas overleven als we alles met 100% zekerheid weten?